The days from sand to salt

7 november 2016 - Airlie Beach, Australië

Woensdagochtend had ik dan eindelijk al het rode zand achter me gelaten en kwam ik rond 11:00 aan in Townsville. Het was snikheet en mijn hostel lag op “slechts” 500 meter van de bushalte. “Slechts”, want met een kapotte tas is het toch nog behoorlijk sjouwen. Geheel bezweet kwam ik dan eindelijk in het hostel aan. Inchecken, douchen, wassen en vervolgens het stadje in om wat rond te lopen. Lunch met fish & chips en een ijsje van een vriendelijke ijscodame (met gratis extra bolletje) en vervolgens een wandeling over The Strand, een parkje langs de zee waar zwemmen helaas werd afgeraden vanwege kwallengevaar. Ik kocht ingrediënten voor m’n avondmaal en spendeerde de laatste paar uurtjes in de rust van internet, films en foto’s uitzoeken.

Donderdag vertrok mijn bus pas om 14:00. De ochtend vulde ik met een ander rondje door de stad, een kopje koffie hier en een beetje window shopping daar. Ik nam de locale bus naar de grote bushalte (de lieve buschauffeuse had medelijden met mij en mijn tassen en liet me gratis meereden), waar de Greyhound natuurlijk te laat was omdat ik ruim op tijd was. Aan het eind van de middag kwam de bus aan in Airlie Beach. Er zou een shuttle bus zijn vanaf de bushalte naar mijn hostel, maar het was na zevenen dus de bus reed niet meer. Dus moest ik mijn kapotte koffer de hele weg af en een heuvel op zeulen. 

Vrijdag vertrok mijn zeiltour vanuit Airlie Beach naar de Whitsundays. De Whitsundays zijn een groep eilanden (voornamelijk bestaande uit rotsen met wat bomen), met prachtige koraalriffen in de baaien, witte zandstranden en bruine kiezelstranden.
Helaas was het weer slecht: zware lage bewolking en regen. De boot vertrok pas na de lunch, zodat ik de ochtend de tijd had om mijn tas in te pakken (we mochten maar één kleine tas meenemen) en de haven te zoeken. Om 14:00 werden ik en mijn zeilgenoten opgehaald door een coole host met lang haar en een korte baard, en zijn al even coole skipper met een volle hipsterbaard en permanente zonnebril. Deze zeilboot was één van de kleinere boten: de meeste hebben ruimte voor 25-30 passagiers, deze voor slechts 10-15. Er waren 10 passagiers: vier stellen van in de dertig (Zweeds, Iers, Colombiaans en Argentijns), een oudere Britse dame en ik. Het waaide en regende, en de eilanden waren in mysterieuze mist gehuld (dat had ook wel wat). We zeilden voor twee uurtjes en ankerden onder het enige stukje blauw in de grijze hemel. Daar genoten we van nacho’s en later een avondmaal van kip met salade en aardappelpuree.

Toen we de volgende ochtend wakker werden was de nacht opeens blauw, met een paar schapenwolkjes. Na het ontbijt trokken we onze stinger suits aan (een dunne versie van een wetsuit om ons te beschermen tegen de gevaarlijke roggen en kwallen) en kregen we een masker-met-snorkel (ik was zo slim om van tevoren een snorkel op sterkte te huren), om vervolgens vlak voor de kust gedropt te worden voor een snorkelsessie. Het koraal was werkelijk prachtig: ontzettend veel felgekleurde vissen en koraal in allerlei vormen en kleuren (gifgroen, mosterdgeel, lila, fluorescerend paars, turkoois …). Na een uurtje klommen we terug op de boot en voeren we naar een andere plek om te snorkelen. Na de lunch voeren we naar Whitsunday Island. We wandelden door het bos en kwamen bij een prachtig uitzichtpunt op Whitehaven Beach, een wit strand waar het water zo laag staat dat het strand en het water elkaar meanderend afwisselen, wat leidt tot verschillende dieptes en daardoor verschillende kleuren blauw. Na het uitzichtpunt daalden we af naar het strand voor een korte zwemsessie. Terug naar de boot voor een lekker zeilritje richting de baai waar we voor de nacht zouden verblijven. Na een diner van lasagne genoten we van de heldere sterren in de lucht en de lichtgevende plankton in het water.

Vrijdagochtend na het ontbijt snorkelden we nog voor een laatste keer, voor we terug zeilden naar de haven. De rest van de dag werd gevuld met douchen, boodschappen, een ijsje en lezen in mijn nieuwe boek in het zonnetje. ’s Avonds pizza met een paar mensen van de boot, goede gesprekken met mensen in het hostel en proberen door het gesnurk van één van mijn kamergenoten heen te slapen.
Last stop: Cairns.

1 Reactie

  1. Ina:
    7 november 2016
    Zouden ze in Cairns kofferwinkels hebben?